De ramen
De ramen
Deze zijn gemaakt door de kunstenaar: Carl Lion Cachet (1864 – 1945) Bij de hoofdingang op het ruitje rechtsonder heeft hij zijn handtekening achtergelaten met als datum 1937.
Deze Cachet is ontwerper van vele scheepsinterieurs en ook ontwerper van de Brandkastpostzegels uit 1921.
Carel Lion Cachet begon zijn carrière als kunstenaar met het maken van randversieringen voor diploma’s. Hij deed dit door middel van de zogenaamde boekdruktechniek; het kerven van figuren in hout. Dit was al na een kortstondig bezoek aan de kweekschool te Amsterdam. Lesgeven was niet zijn vak. Tekenen was eigenlijk het enige waar hij echt goed in was. Als 24 jarige gaat hij werken bij de Amsterdamse kunsthandel van Wisselingh&Co. Daar leert hij onder andere het vak van houtsnijder. Zijn werk viel al snel in de smaak. Reeds in 1898 wordt hem gevraagd het bordje voor de inhuldiging van Wilhelmina te vervaardigen. Ruim 700.000 van die bordjes zijn indertijd aan de Nederlandse schooljeugd uitgereikt. Niet veel later, in 1906, ontmoet hij de directeur van de toenmalige Stoomvaart Maatschappij Nederland en krijgt de opdracht de betimmering en de inrichting van het stoomschip Grotius te ontwerpen. Het was de eerste van de meer dan honderd schepen die hij voor Nederlandse en Oost – Indische rederijen zou inrichten.
Bouwmeester Berlage vond in 1923 dat Lion Cachet interieurs ontwierp die ‘ een volkomen aestetisch conflict’ opriepen met hun omgeving. Een modern stalen schip met een overdaad aan klassiek houtsnijwerk, veelal gebaseerd op motieven uit het Verre Oosten, met veel glas-in-lood, met schilderijen vol vaderlandse motieven etc.
Ook ontwierp Lion Cachet in deze periode voor de Nederlandse Bank een zevental bankbiljetten.
In Vreeland heeft hij het kerkgebouw van de gereformeerde kerk ontworpen. Zijn enige bouwwerk. Het spreek voor zich dat hij daar het ontwerp van de ramen bij betrok. Er is hier sprake van een kleurig geheel; boven de preekstoel hebben de ramen een paarsblauwe kleur en aan de tegenoverliggende zijde zijn ze donkerrood, lichtblauw en geel. Aan de beide zijkanten van het gebouw zijn ze lichtgroen.
De ramen in onze Vermaning lijken te zijn gemaakt ter gelegenheid van het 250 jarig bestaan in 1930. Naar verluid heeft de vrouw van de toenmalige predikant, zr. Van Brakel – Immink, daar een behoorlijke bijdrage aan geleverd. De beglazing zelf zou zijn uitgevoerd door de firma Koelwijn&Van den Ent in 1931.
In 1924 heeft de Doopsgezinde Gemeente Amsterdam, op advies van Lion Cachet, haar blanke ruitjes laten vervangen door blank kathedraalglas en grijsachtig getint glas. Tevens ontwierp hij daar drie kleurrijke ramen genaamd: Geloof, Hoop en Liefde.
Lion Cachet was zestig toen hij de Amsterdamse ramen ontwierp en tegen de zeventig, misschien zelfs ouder, toen hij in Koog aan de Zaan aan het werk toog.
Wat de reden van de kleurstelling is, is niet duidelijk. Het kan te maken hebben met de crisisjaren of met het feit dat Doopsgezinden een sobere traditie kennen en hij daarbij aansloot. Misschien was het een kwestie van geld, waren deze ramen goedkoper dan meerkleurige, wellicht vond hij dat het mooier stond in de kleurstelling van deze Vermaning. Er zijn weinig papieren in het archief te vinden over deze ramen.